Dit zegt de HEER tegen Cyrus, Zijn gezalfde, die Hij bij de rechterhand neemt, aan wie Hij volken onderwerpt, voor wie Hij koningen ontwapent, voor wie Hij deuren opent – geen poort blijft gesloten:

Ik zal voor je uit gaan, Ik zal ringmuren slechten, bronzen deuren verbrijzelen, ijzeren grendels stukbreken. Ik zal je verborgen schatten schenken, diep weggeborgen rijkdommen. Dan zul je weten dat Ik de HEER ben, de God van Israël, die jou bij je naam roept. Omwille van Mijn dienaar Jakob, van Israël, dat Ik heb uitgekozen, heb Ik je bij je naam geroepen en je met een erenaam getooid, ofschoon je me niet kende. Ik ben de HEER, er is geen ander, buiten Mij is er geen god. Ik heb je omgord met wapens, ofschoon je me niet kende. Zo zal iedereen, van oost tot west, weten dat er niets is buiten Mij. Ik ben de HEER, er is geen ander die het licht vormt en het donker schept, die vrede maakt en onheil schept. Ik ben het, de HEER, die al deze dingen doet.

Hemel, laat gerechtigheid neerregenen, laat haar neerstromen uit de wolken, en laat de aarde zich openen. Laten hemel en aarde redding voortbrengen en ook het recht doen ontspruiten. Ik, de HEER, heb dit alles geschapen.

Wee degene die de strijd aanbindt met Hem door wie hij gevormd is – een potscherf tussen de potscherven. Zegt klei soms tegen wie hem vormt:

‘Wat ben je eigenlijk aan het maken?’ of:

‘Deze pot heeft niet eens oren!’ Wee degene die tegen zijn vader zegt:

‘Wat heb je verwekt?’ en tegen zijn moeder:

‘Wat hebben je barensweeën gebracht?’ Dit zegt de HEER, de Heilige van Israël, die Israël gevormd heeft:

Wilden jullie Mij ondervragen over het lot van Mijn kinderen, of Mij iets voorschrijven omtrent het werk van Mijn handen? Ik ben het die de aarde maakte en de mens op aarde schiep; Mijn handen hebben de hemel uitgespannen, Ik riep het sterrenleger te voorschijn. Ik ben het die Cyrus laat komen in gerechtigheid, steeds opnieuw baan Ik voor hem de weg. Hij zal Mijn stad herbouwen; hij geeft Mijn ballingen de vrijheid terug, zonder betaling of steekpenningen te eisen – zegt de HEER van de hemelse machten.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Jesaja 22:13-25 Jeruzalems misplaatste zelfvertrou...
Jesaja 27:1-13
Jesaja 3:13-26 Chaos in Jeruzalem en Juda 2
Jesaja 36:1-11 Jeruzalem door Sanherib bedreigd 1
Jesaja 10:13-22 2
Jesaja 51:12-23 Troost voor het volk: Jeruzalem vr...
Jesaja 62:1-12 Vreugde over Jeruzalem
Jesaja 8:1-10 Onheil over een volk zonder vertrouw...
Jesaja 59:1-10 In de ban van het kwaad 1
Jesaja 37:28-38 3
Jesaja 10:1-12 1
Jesaja 32:11-20 Vrede waar gerechtigheid heerst 2
Jesaja 39:1-8
Jesaja 42:1-13 1
Jesaja 44:1-13 1
Jesaja 46:1-13
Jesaja 60:12-22 Het nieuwe Jeruzalem 2
Jesaja 49:21-26 3
Jesaja 7:1-16 Het teken van Immanuel 1
Jesaja 56:1-12 Redding ook voor buitenstaanders
Jesaja 49:11-20 2
Jesaja 9:1-11 De opgeheven hand van de HEER 1
Jesaja 37:1-13 1
Jesaja 66:1-11 Het oordeel van de HEER 1
Jesaja 14:11-22 2
Jesaja 2:1-9 De dag van de HEER 1
Jesaja 14:1-10 1
Jesaja 28:1-12 Oordeel over Jeruzalems slechte lei...
Jesaja 19:16-25 De val van Egypte en zijn herstel ...
Jesaja 5:16-30 Het lied van de wijngaard 2
Jesaja 50:1-11
Jesaja 24:1-13 Oordeel over de Aarde 1
Jesaja 47:8-15 Babel in het stof 2
Jesaja 31:1-9 Alleen de HEER beschermt en bevrijdt
Jesaja 22:1-12 Jeruzalems misplaatste zelfvertrouw...
Jesaja 23:11-18 De ondergang van Tyrus en Sidon 2
Jesaja 42:14-25 2
Jesaja 19:1-15 De val van Egypte en zijn herstel 1
Jesaja 12:1-6 Loflied
Jesaja 53:1-12
Jesaja 64:1-11
Jesaja 33:13-24 Bevrijding van Jeruzalem 2
Jesaja 57:1-11 1
Jesaja 43:15-28 2
Jesaja 28:13-21 Oordeel over Jeruzalems slechte le...
Jesaja 5:1-15 Het lied van de wijngaard 1
Jesaja 59:11-21 In de ban van het kwaad 2
Jesaja 16:1-14
Jesaja 63:1-10 De wraak van de HEER 1
Jesaja 44:14-23 2
Jesaja 2:10-22 De dag van de HEER 2
Jesaja 29:13-24 Redding voor Jeruzalem in het nauw...
Jesaja 18:1-7 Profetie over Nubië
Jesaja 9:12-20 De opgeheven hand van de HEER 2
Jesaja 25:1-12 Danklied
Jesaja 1:1-17 Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem ...
Jesaja 65:1-12 De HEER zal goed én kwaad vergelden...
Jesaja 58:1-8 Vasten en sabbat 1
Jesaja 35:1-10 Bevrijding en terugkeer
Jesaja 33:1-12 Bevrijding van Jeruzalem 1
Jesaja 34:1-10 Oordeel over Edom 1
Jesaja 17:1-14 Onheil over Aram en Israël
Jesaja 34:11-17 Oordeel over Edom 2
Jesaja 23:1-10 De ondergang van Tyrus en Sidon 1
Jesaja 55:1-13 Een nieuw verbond
Jesaja 61:1-11 Profetie over de komende glorie
Jesaja 8:11-23 Onheil over een volk zonder vertrou...
Jesaja 38:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1
Jesaja 10:23-34 3
Jesaja 3:1-12 Chaos in Jeruzalem en Juda 1
0Shares