Als de priester vaststelt dat het haar op de lichte plek niet wit is, de plek niet diep in de huid ligt en dof is, moet hij hem zeven dagen afzonderen. Op de zevende dag onderzoekt de priester hem opnieuw. Als de plek zich in die tijd heeft uitgebreid, moet de priester hem onrein verklaren. Dan is het huidvraat. Maar als de lichte plek zich niet heeft uitgebreid en de huid niet verder heeft aangetast en dof gebleven is, is het gewoon een zwelling als gevolg van de brandwond en moet de priester hem rein verklaren. De plek is dan het litteken van de brandwond.

Als iemand een aandoening onder zijn of haar hoofdhaar heeft, of een aandoening onder zijn baard, moet de priester ernaar kijken. Als hij vaststelt dat de aandoening diep in de huid ligt en het haar op de aangetaste plek geel en dun is, moet hij de betreffende persoon onrein verklaren. Het is dan een ziekelijke uitslag, huidvraat aan hoofd of kin. Als de priester echter vaststelt dat de plek niet diep in de huid ligt maar er toch geen donker haar op groeit, moet hij hem zeven dagen afzonderen. Op de zevende dag onderzoekt de priester hem opnieuw. Als blijkt dat de uitslag zich in die tijd niet heeft uitgebreid, het haar op de aangetaste plek niet geel geworden is en de plek niet diep in de huid ligt, moet de persoon in kwestie al het haar rond de aangetaste plek afscheren. De priester zondert hem daarna opnieuw zeven dagen af. Op de zevende dag bekijkt de priester de plek opnieuw, en als de uitslag zich niet heeft uitgebreid en niet diep in de huid ligt, moet hij de betreffende persoon rein verklaren. Die moet zijn kleren wassen en is dan weer rein. Maar als de huiduitslag zich uitbreidt nadat hij rein is verklaard, moet de priester hem opnieuw onderzoeken. Als blijkt dat de ziekelijke uitslag zich inderdaad heeft uitgebreid, hoeft hij niet te zoeken naar geel haar; de persoon in kwestie is dan onrein. Wanneer de priester later vaststelt dat de uitslag zich niet verder heeft uitgebreid en dat er donker haar op de plek groeit, is de kwaal werkelijk genezen. De betreffende persoon is dan rein en de priester moet hem rein verklaren.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Leviticus 4:1-15 Reinigingsoffer en hersteloffer 1
Leviticus 27:1-15 Bepalingen omtrent het afkopen v...
Leviticus 7:16-27 Nadere bepalingen bij de offers ...
Leviticus 8:1-17 Aäron en zijn zonen als priester ...
Leviticus 24:1-9 De lampen en het toonbrood
Leviticus 14:41-57 Voorschriften omtrent vraat 9
Leviticus 3:1-5 Brandoffer, graanoffer en vredeoff...
Leviticus 24:10-23 Eén wet voor vreemdelingen en I...
Leviticus 25:16-29 Sabbatsjaar en jubeljaar 2
Leviticus 2:1-10 Brandoffer, graanoffer en vredeof...
Leviticus 5:1-11 Reinigingsoffer en hersteloffer 4
Leviticus 1:1-9 Brandoffer, graanoffer en vredeoff...
Leviticus 10:1-11 Instelling van de offerdienst 3
Leviticus 16:24-34 Grote verzoendag 3
Leviticus 6:1-11 Nadere bepalingen bij de offers 1
Leviticus 23:29-38 Feestdagen 3
Leviticus 5:20-26 Reinigingsoffer en hersteloffer ...
Leviticus 19:15-25 Bepalingen en regels voor het h...
Leviticus 13:38-52 Voorschriften omtrent vraat 4
Leviticus 26:32-39 Sabbatsjaar en jubeljaar 7
Leviticus 7:28-38 Nadere bepalingen bij de offers ...
Leviticus 14:13-24 Voorschriften omtrent vraat 7
Leviticus 4:27-35 Reinigingsoffer en hersteloffer ...
Leviticus 11:24-38 Voorschriften omtrent reine en ...
Leviticus 22:13-23 Voorschriften en bepalingen omt...
Leviticus 25:1-15 Sabbatsjaar en jubeljaar 1
Leviticus 17:10-16 Bloed is levenskracht 2
Leviticus 13:53-59 Voorschriften omtrent vraat 5
Leviticus 16:14-23 Grote verzoendag 2
Leviticus 6:12-23 Nadere bepalingen bij de offers ...
Leviticus 11:1-23 Voorschriften omtrent reine en o...
Leviticus 9:16-24 Instelling van de offerdienst 2
Leviticus 20:22-27 Bepalingen en regels voor het h...
Leviticus 12:1-8 Voorschriften omtrent de kraamvro...
Leviticus 23:15-28 Feestdagen 2
Leviticus 25:44-55 Sabbatsjaar en jubeljaar 4
Leviticus 8:31-36 Aäron en zijn zonen als priester...
Leviticus 16:1-13 Grote verzoendag 1
Leviticus 11:39-47 Voorschriften omtrent reine en ...
Leviticus 26:17-31 Sabbatsjaar en jubeljaar 6
Leviticus 8:18-30 Aäron en zijn zonen als priester...
Leviticus 9:1-15 Instelling van de offerdienst 1
Leviticus 18:1-18 Bepalingen en regels voor het he...
Leviticus 26:40-46 Sabbatsjaar en jubeljaar 8
Leviticus 13:1-11 Voorschriften omtrent vraat 1
Leviticus 13:12-25 Voorschriften omtrent vraat 2
Leviticus 27:16-27 Bepalingen omtrent het afkopen ...
Leviticus 20:16-21 Bepalingen en regels voor het h...
Leviticus 3:6-17 Brandoffer, graanoffer en vredeof...
Leviticus 19:26-37 Bepalingen en regels voor het h...
Leviticus 23:39-44 Feestdagen 4
Leviticus 26:1-16 Sabbatsjaar en jubeljaar 5
Leviticus 25:30-43 Sabbatsjaar en jubeljaar 3
Leviticus 18:19-30 Bepalingen en regels voor het h...
Leviticus 22:24-33 Voorschriften en bepalingen omt...
Leviticus 10:12-20 Instelling van de offerdienst 4
Leviticus 14:25-40 Voorschriften omtrent vraat 8
Leviticus 15:16-30 Voorschriften omtrent onreine v...
Leviticus 14:1-12 Voorschriften omtrent vraat 6
Leviticus 21:13-24 Voorschriften en bepalingen voo...
Leviticus 2:11-16 Brandoffer, graanoffer en vredeo...
Leviticus 5:12-19 Reinigingsoffer en hersteloffer ...
Leviticus 1:10-17 Brandoffer, graanoffer en vredeo...
Leviticus 23:1-14 Feestdagen 1
Leviticus 20:1-15 Bepalingen en regels voor het he...
Leviticus 17:1-9 Bloed is levenskracht 1
Leviticus 15:31-33 Voorschriften omtrent onreine v...
Leviticus 15:1-15 Voorschriften omtrent onreine vl...
Leviticus 7:1-15 Nadere bepalingen bij de offers 3
Leviticus 27:28-34 Bepalingen omtrent het afkopen ...
0Shares